FCUpdate
·26 septembre 2024
FCUpdate
·26 septembre 2024
Nee, in het verleden behaalde resultaten bieden geen enkele garantie voor de toekomst. Maar toch: als Ajax het vanavond in de eerste speelronde van de Europa League opneemt tegen Beşiktaş, kunnen de Amsterdammers hoop putten uit een uitstekende historische balans tegen Turkse tegenstanders in Europees verband.
Het is donderdag de zevende keer dat Ajax het in een officieel duel opneemt tegen het Beşiktaş van huidig hoofdtrainer Giovanni van Bronckhorst. Alle voorgaande edities leverden een zege op voor de Amsterdammers, te beginnen in het seizoen 1966/67. Ajax werd destijds in de eerste ronde van de Europa Cup I, de voorloper van de Champions League, gekoppeld aan de club uit Istanbul en zegevierde in het Olympisch Stadion met 2-0 (doelpunten Piet Keizer en Bennie Muller), om de return in Turkije een week later met 1-2 te winnen (doelpunten Sjaak Swart en Keizer).
Het zou vervolgens bijna dertig jaar duren voordat Ajax en Beşiktaş elkaar opnieuw troffen. In het seizoen 1993/94 was het eindelijk zover, nu in de achtste finale van de Europa Cup II. Het Ajax van Louis van Gaal begon het tweeluik met een zuinige 2-1 zege in opnieuw het Olympisch Stadion, door treffers van Frank Rijkaard en Ronald de Boer. In het Inönü Stadion werd het twee weken later 0-4 in Amsterdams voordeel, door drie goals van Jari Litmanen en eentje van invaller Stefan Pettersson.
Drie jaar geleden, in het seizoen 2021/22, kwamen Ajax en Beşiktaş elkaar weer tegen, nu in de poulefase van de Champions League. Steven Berguis en Sébastien Haller bezorgden de Amsterdammers een 2-0 thuiszege op de Turkse topclub, waarna de Ivoriaan in het uitduel met twee treffers verantwoordelijk was voor een 1-2 zege. Mede dankzij de ongekende scoringsdrift van Haller, die in de poulefase tien keer scoorde in zes wedstrijden, bereikte het Ajax van Erik ten Hag dat jaar de achtste finales zonder ook maar een punt te morsen. De teleurstelling was dan ook groot toen Benfica in de eerste ronde van de knock-outfase direct een maatje te groot bleek.
Behalve de zes confrontaties met Beşiktaş, speelde Ajax in totaal ook zes keer tegen een andere Turkse club. Vier keer was dat Beşiktaş' stadgenoot Fenerbahçe. In het seizoen 1968/69 was Ajax zowel in Amsterdam (doelpunten Klaas Nuninga en Muller) als in Istanbul (doelpunten Keizer en Nuninga) met 2-0 te sterk voor Fener in de achtste finale van de Europa Cup I. In dat seizoen bereikten de Amsterdammers voor het eerst in de clubhistorie de eindstrijd van het belangrijkste Europese clubtoernooi, maar daarin was AC Milan met 4-1 te sterk voor de ploeg van trainer Rinus Michels.
In het seizoen 2015/16 nam het Ajax van Frank de Boer het in de groepsfase van de Europa League opnieuw op tegen Fenerbahçe. Uit in Istanbul werd destijds de enige nederlaag ooit tegen een Turkse club geleden: Fernandão tekende vlak voor tijd met het hoofd voor de enige goal van het duel, dat derhalve in een 1-0 zege voor de Turken eindigde. Thuis in de Johan Cruijff ArenA werd het later 0-0; waardoor Ajax achter groepswinnaar Molde FK en Fenerbahçe als derde eindigde in poule A en de Europese uitschakeling een feit was.
De derde Turkse club die Ajax in het verleden trof, is Bursaspor. In het seizoen 1986/87 werd het elftal van toenmalig trainer Johan Cruijff in de eerste ronde van de Europa Cup II gekoppeld aan de club uit Bursa, die uit met 0-2 werd verslagen door treffers van John Bosman en Marco van Basten. In De Meer werd het twee weken later zelfs 5-0; Bosman maakte er toen vier (waarvan drie met het hoofd) en Van Basten tekende tussendoor voor de andere Ajax-goal. Cruijff zou Ajax dat seizoen naar de eerste en enige eindzege in het Europese toernooi voor Bekerwinnaars (dat in 1999 ter ziele ging) leiden. Van Basten tekende in de finale in Athene voor het enige doelpunt, waarin het Oost-Duitse Lokomotiv Leipzig de tegenstander was.
Ajax blaast dit seizoen 125 kaarsjes uit en dat wil de club niet geruisloos voorbij laten gaan.